Selectrix het andere digitale systeem
In dit item willen we ingaan op de volgende zaken:
Het selectrix systeem vond zijn oorsprong in de jaren 70, toen een fabrikant van industriële apparatuur, Doehler & Haass (D&H) uit Duitsland een manier vond om treinen onafhankelijk van elkaar te besturen. Nadat D&H het aangeboden had aan verschillende modelspoorfabrikanten, hapte uiteindelijk Trix toe. In 1982 werd voor het eerst, op de speelgoedbeurs in Nürnberg, het Selectrix99 systeem gepresenteerd. Het was de eerste digitale treinbesturing dat op de markt kwam, zelfs nog voor het Märklin systeem.
Het was een, voor die tijd, revolutionair besturingssysteem, met 99 treinen onafhankelijk van elkaar bestuurbaar en met, wat het grote verschil uitmaakt met andere systemen, een eigen communicatie-bus: de SX-bus. Vanaf het begin had men de beschikking over 111 adressen, die om het even, gebruikt konden worden voor locs, bezetmelding, signalen, wisseldecoders enz.
Wat erg jammer is, is dat Trix het systeem niet erg goed “in” de markt zette. Veel modelbaners waren nog niet toe aan zo’n geavanceerd systeem in het Commodore 64 tijdperk. Verder was het best wel kostbaar en werd er ook door dealers weinig aandacht aan geschonken. Tot in de jaren 90 sluimerde het systeem eigenlijk een beetje op de achtergrond. In die tijd kwam Trix met een vernieuwde versie van Selectrix op de markt: Selectrix2000. Er kwamen betere decoders en een vernieuwde centrale. Het oudere en het nieuwere systeem bleven 100% compatible en zijn dat nu nog steeds.
Ondertussen (1990) had Selectrix wel de kleinste decoder ter wereld in het assortiment: de 66830 meet slechts 14x9x2,7mm. Nu is er zelfs de DHL055 (merknaam Müt) die nog kleiner is, speciaal voor in bijv. treinen in schaal Z. In de jaren 90 werd het systeem verder uitgebouwd. Ook kwamen er andere fabrikanten bij, die Selectrix apparatuur uitbrachten.
Bij het Selectrix systeem is er niet alleen sprake van een genormd signaal op de rails, maar Selectrix is als geheel vastgelegt in twee verschillende normen: NEM680 en NEM681. Het grote voordeel van Selectrix is de SX-bus (en de PX-bus). Omdat deze altijd hetzelfde is, kun je gerust en zonder problemen Selectrix apparatuur (bezetmelders, decoders, wisseldecoders, computer-interfaces enz.) van verschillende merken doorelkaar gebruiken. Het zal altijd probleemloos werken omdat alles meelift op de SX-bus.
Bij Selectrix zijn er “slechts” 99 adressen beschikbaar voor het rijden en schakelen van je modelbaan. Dit lijkt weinig, maar bedenk wel, dat op één adres 8 wissels, bezetmeldingen, seinen enz. geschakeld kunnen worden. Heb je bijvoorbeeld 80 wissels en/of seinen (een behoorlijk aantal) dan ben je slechts 10 adressen kwijt. Komen hier nog eens 80 bezetmeldingen bij, dan heb je nog 79 adressen over voor je loks. Meer dan voldoende, lijkt mij.
De standaard Selectrix centrale uit de beginsets. Hiermee kun je 9 treinen besturen.
Wil je alle adressen kunnen benaderen, heb je de Lokcontrol 2000 van Trix erbij nodig of een regelaar van een ander merk.
Andere fabrikanten, zoals Rautenhaus leveren centrales met meerdere Sx-bussen, zoals bovenstaande SLX850.
Een voorbeeld van hoe verschillende merken gewoon door elkaar gebruikt kunnen worden: Links 2x een 4-voudige handregelaar van Rautenhaus, dan de lokcontrol2000 van Trix en helemaal rechts de Digirail centrale van Müt.
Het belangrijkste van Selectrix is zonder twijfel de SX-bus. Het bestaat uit een 5-polige DIN aansluiting, waarmee alle randapparatuur (bezetmelders, wisseldecoders, seindecoders, handregelaars, centrale) op elkaar aangesloten wordt. Het maakt niet uit in welke volgorde de apparatuur achter elkaar zit, het mag zowel in stervorm als achter elkaar zijn. Bij selectrix worden ALLE adressen 13 keer per seconde over de bus verstuurt, ook al worden niet alle adressen gebruikt, of ook al veranderd er niets in de stand van de rijregelaar. ALLE aangesloten apparatuur en ook de loks op de baan krijgen zo dus 13 keer per seconde opnieuw doorgegeven wat er moet gebeuren. Veranderd er iets, bijvoorbeeld een spoor wordt bezet, dan verandert de bezetmelder een bit op de SX-bus, die dan weer 13 keer per seconde meelift met de datastroom, enz. Zo gaat dit ook met de rij- of handregelaars. Op deze manier ontstaat er nooit een file in het dataverkeer, omdat gewoon steeds alles verstuurd wordt.
Schematische opbouw van een Selectrix-systeem:
Het grote voordeel hiervan is natuurlijk de enorme snelheid waarmee alles bestuurt wordt. Als er 10 treinen precies tegelijk moeten vertrekken, gebeurt dit ook, want de bits in de SX-datastroom veranderen dan slechts in een andere waarde. Er hoeft niet op elkaar gewacht te worden.
De PX-bus is eigenlijk hetzelfde als de SX-bus, alleen deze wordt gebruikt om boosters op aan te sluiten, als het vermogen van je trafo niet toereikend meer is. Over de PX-bus gaat precies dezelfde SX-datastroom als over de SX-bus. Ook op de rails staat hetzelfde signaal.
Er zijn verschillende decoders verkrijgbaar, in verschillende vermogens. Het begint bij decoders van 0,5A tot de grotere van 2A. (geschikt voor de grotere schalen). Iedere decoder heeft natuurlijk ook aansluitingen voor front- en sluitverlichting en één extra uitgang voor bijvoorbeeld een hoorn. Bij Selectrix-decoders is er geen sprake van het instellen van CV-codes. Er zijn slechts enkele parameters die in gesteld kunnen worden:
-adres van 00-99 (00 = analoog rijden of uitgebreide parameters bewerken, bij de nieuwste generatie decoders)
-max. snelheid in 7 stappen
-optrek- en afremvertraging in 7 stappen
-pulsbreedtesturing in 4 varianten
-helemaal stoppen of langzaam verder rijden bij diodesectie in spoorbaan
De DHL050 decoder afm.: 13.7 x 6.5 x 1.8mm:
Omdat de decoder continu controleert hoe snel de motor draait, is er een zeer fijne regeling mogelijk van de trein. Er zijn 31 rijstappen mogelijk van langzaam tot snel. Ook bij een lagere max.snelheid zijn er nog steeds 31 rijstappen.
Het lijkt of er maar weinig in te stellen is in de decoders, maar in de praktijk is dit ook niet echt nodig.
Het programmeren van de decoders is vrij simpel. Bij de nieuwste decoders kun je ook de verlichting verwisselen en nog een aantal andere instellingen doen in de uitgebreide parameters. Er zijn ook decoders met een zgn. SUSI aansluiting, waarop een soundmodule aangesloten kan worden.
Trix brengt Selectrix-decoders op de markt, die ook DCC “verstaan”, maar het zijn eigenlijk gewoon Selectrix decoders. Alle decoders worden alleen door D&H gemaakt en onder verschillende typenummers door verschillende leveranciers uitgebracht. Het maakt niet uit hoe oud je decoder is. Decoders van 20 jaar geleden zijn 100% compatible met deze van nu.
Er zijn ook andere fabrikanten die zgn. SX-compatible decoders uitbrengen. Het is niet aan te bevelen deze te gebruiken bij een Selectrix modelbaan, omdat het eigenlijk DCC decoders zijn, die het SX-signaal vertalen naar DCC. Het programmeren van deze decoders is alleen onder DCC mogelijk en vaak “luisteren” deze decoders niet naar een zgn. afremdiode.
Automatisch afremmen of stoppen door diode.
Bij Selectrix is het mogelijk om een trein automatisch te laten afremmen of helemaal te stoppen met slechts één diode. Deze zgn. afremdiode wordt in de stroomkring naar een spoorsectie gezet en veroorzaakt een asymmetrische voeding van deze spoorsectie. De decoder herkent dit en laat de trein langzaam afremmen tot een zeer lage snelheid of laat de trein langzaam stoppen. Zodra de volledige spanning weer op de sectie gezet wordt, trekt de trein weer langzaam op. Hoe snel de trein optrekt- of afremt en of hij helemaal stopt of langzaam blijft doorrijden, wordt bij het programmeren van de decoder bepaald. Er zijn dus geen ingewikkelde schakelingen nodig om een trein automatisch tot stilstand te brengen.
Er zijn verschillende fabrikanten die Selectrix-apparatuur maken. Het aanbod is niet klein, zoals velen denken, alleen moet je wel weten waar je het kunt kopen. Zoals al eerder gezegd, wordt het systeem door veel winkeliers genegeerd als zijnde ouderwets. Niet is minder waar. Selectrix is er al een lange tijd, maar dit wil niet zeggen dat het ouderwets is. Vaak is dit ook onwetendheid. Ik heb op deze manier al vaak heel goedkoop spullen kunnen overnemen van een winkel, omdat men niet wist wat de werkelijke waarde is van de spullen.
Hieronder zie je een opsomming van een aantal fabrikanten:
Doehler & Haass
De uitvinders van Selectrix. Nog steeds de enige fabrikant van 100% selectrix-decoders.
Trix
De bekendste van allemaal natuurlijk. Is vaak wat duurder dan anderen. Heeft sinds een paar jaar het nieuwe Trix-systems, dat zowel Selectrix- als DCC onder de motorkap heeft.
Het overbekende Trix Mobile Station. Geleverd met een centrale dat zowel Selectrix als DCC verstaat. Het kan zondermeer (met een adapterkabel) op de SX-bus worden aangesloten, als handregelaar.
Rautenhaus
Eén van de firma’s die groot heeft uitgepakt. Er is een zeer compleet gamma van spullen leverbaar.
Een viervoudige handregelaar van Rautenhaus:
Een zeer luxe handregelaar van Rautenhaus:
Müt:
Müt is van oorsprong een industrieel bedrijf en heeft ook een zeer groot aanbod. Een centrale van Müt met verschillende SX-bussen en ingebouwde computerinterface:
De HC01 handregelaar van Müt:
De volledig programmeerbare handregelaar met PC-interface van Müt:
Rautenhaus en Müt hebben verder een goede klantvriendelijkheid en staan altijd klaar voor vragen. Ook is het mogelijk een demonstratie ter plekke te krijgen.
Modellbahn Digital Peter Stärz
Leverancier van zelfbouwpakketten of compleet gebouwd. De producten van Stärz komen rechtstreeks van D&H, de uitvinders van Selectrix.
Een Pc-interface-bouwpakket van Stärz:
Compleet samengebouwd:
Uwe Magnus
Ook Uwe Magnus levert zelfbouwpakketten voor Selectrix. Hier de centrale van Uwe Magnus:
MTTM
Het Modellbahn technik team München levert ook verschillende producten voor Selectrix. Heel bijzonder is deze door Selectrix gestuurde draaischijf aandrijving van MTTM:
MTKB
Ook Modülbau team Köln-Bonn levert diverse apparatuur voor Selectrix. Deze apparatuur komt uit het programma van H&E. Hier een booster van MTKB:
Hartenstein & Engelmann
Deze firma levert o.a. handregelaars en bezetmelders enz. Een handregelaar uit het programma van H&E:
Op het moment zijn Müt en Rautenhaus samen met D&H druk bezig met Selectrix2.
Dit is een nieuwe standaard waarbij het aantal lokadressen is verhoogd naar 9999. Ook moet bij de nieuwe standaard terugmelding van de locs op de baan mogelijk zijn. (zoals bij MFX) Dit is trouwens al mogelijk bij de nieuwste generatie decoders van Müt in combinatie met de 8i bezetmelders in selectrix2000. Natuurlijk is bij Selectrix2 alles weer compatible met de oude norm.
Ook gezien het goede aanbod in randapparatuur zal de leverbaarheid de komende jaren op een goed peil blijven.
Natuurlijk zijn er ook nadelen. Er zijn bijvoorbeeld nu nog minder mogelijkheden voor het schakelen van extra opties in je lokomotief. (bijv. zwaailicht, van afstand schakelbare koppeling enz.) Hierbij is DCC wat verder. Het is ook jammer dat de decoders in verhouding best wel duur zijn. De prijs voor een decoder ligt nu ongeveer op 30 euro. Verder is het moeilijk (maar dan kijk ik wel door een Selectrix-bril) om echte nadelen te vinden, maar dat moet iedereen voor zichzelf bepalen.
Onze speciale dank gaat uit naar Bert de Vries, zonder wie wij dit artikel nooit hadden kunnen plaatsen!